EUROPEES PARLEMENT

COMMISSIE OPENBARE VRIJHEDEN EN BINNENLANDSE ZAKEN

ONTWERPVERSLAG-d'Ancona

HARMONISATIE VAN DE DRUGSWETGEVING DER LIDSTATEN

Ontwerpresolutie

Aanbeveling 1

stelt vast dat de uiteenlopende benaderingen van het drugsvraagstuk een harmonisatie van wetgeving en praktijk op dit moment verhinderen, en verzoekt de Raad derhalve om het Europese drugsbeleid, zowel binnen de EU als internationaal, primair te richten op een concrete verbetering van de samenwerking tussen lidstaten, regio's en steden;

Aanbeveling 2

verzoekt de lidstaten de omvang van de samenwerking in drugszaken op nationaal, regionaal en stedelijk niveau te verbeteren;

Aanbeveling 3

verzoekt de lidstaten, met erkenning van de noodzaak tot een pragmatische benaderingswijze, nationale wetgevingen op het gebied van drugs in overeenstemming te brengen met de wijze waarop die wetten in de praktijk worden geïmplementeerd;

Aanbeveling 4

acht stedelijke en regionale beleidsexperimenten op het gebied van harm reduction, het reduceren van de vraag naar drugs en criminaliteitspreventie van belang voor het vinden van nieuwe wegen om de problemen rondom drugs terug te dringen;

Aanbeveling 5

erkent het belang van beleidsexperimenten in ontwikkelingslanden voor het vinden van nieuwe methoden om de problemen waarbij drugs betrokken zijn te verminderen, met inbegrip van deelneming van lokale gemeenschappen bij het programmeren van initiatieven ter vermindering van het drugsgebruik en de productie van gewassen die met drugs te maken hebben;

Aanbeveling 6

verzoekt de Raad om, in lijn met het Europees Actieprogramma inzake preventie van drugsverslaving, de beleidsvrijheid van lokale en regionale overheden op het terrein van drugs verder uit te breiden, overeenkomstig het subsidiariteitsbeginsel;

Aanbeveling 7

verzoekt de lidstaten alles in het werk te stellen om ervoor te zorgen dat het recht op adequate medische behandeling zonder uitzondering ook voor verslaafden geldt;

Aanbeveling 8

dringt er bij de Raad op aan meer middelen vrij te maken voor de preventie van de vraag naar drugs, voor voorlichting en educatie, voor een beleid van harm reduction, en voor de verbetering van gezondheids- en opvangvoorzieningen ten behoeve van verslaafden;

Aanbeveling 9

vindt dat op basis van artikel 129 van het Verdrag van Amsterdam behandelprogramma's kunnen worden bevorderd, waarbij de mogelijkheid openstaat om op doktersrecept en met de nodige controle hard drugs te verstrekken;

Aanbeveling 10

verzoekt de Raad een onafhankelijke evaluatie in de lidstaten te laten uitvoeren naar de resultaten van beleidsmaatregelen in het kader van de VN-drugsconventies;

Aanbeveling 11

vraagt het Europees drugsobservatorium om nog vóór de Algemene Vergadering van de Verenigde Naties over drugs in juni 1998, een aantal indicatoren te presenteren aan de hand van waarvan een dergelijke evaluatie kan worden uitgevoerd;

Aanbeveling 12

verlangt dat de Raad zich tijdens de volgend jaar juni geplande Algemene Vergadering over drugs inzet voor een herziening van de VN conventies van 1961, 1971 en 1988 in die zin dat de verdragsluitende partijen toestemming krijgen om het gebruik van illegale drugs niet langer strafbaar te stellen, de handel in en produktie van cannabis en daarvan afgeleide producten te reguleren, en het medisch voorschrijven van methadon en heroïne toe te staan;

Aanbeveling 13

verzoekt de Raad de mogelijkheid na te gaan om de landen van Midden-Europa en Cyprus in het REITOX-netwerk op te nemen;